astrix en oblix
Inhoud
De strips spelen zich af in het jaar 50 voor Christus, en verhalen van een dorpje in de streek Armorica (Bretagne) in Gallië. Dit dorpje is er als enige in geslaagd om de invasie door de Romeinen onder aanvoering van Julius Caesar te weerstaan met behulp van een toverdrank die de Galliërs oersterk en daardoor onoverwinnelijk maakt. De inwoners van het dorp vormen een ware nachtmerrie voor de Romeinen uit de omliggende legerplaatsen, en zijn een doorn in het oog van Julius Caesar.
Centraal in de reeks staat Asterix, een inwoner van dit dorp. Hij is klein van stuk, maar wel een van de slimste Galliërs. Samen met zijn vriend Obelix maakt hij vaak reizen door het Romeinse rijk voor uiteenlopende doeleinden.
Publicatie
Het origineel van het eerste verhaal, Astérix le Gaulois (Asterix, de Galliër), werd gepubliceerd op 29 oktober 1959 in het Franse stripblad Pilote. Het gelijknamige album kwam uit in 1961, in een oplage van 6000 exemplaren. Daarna volgden er nog vele.
In Nederland werden de verhalen gepubliceerd in het stripweekblad Pep. Eén kort verhaal, getiteld De Mascotte, verscheen in een gerelateerde stripbundel PEP parade deel 1. Dit verhaal werd later opgenomen in het album Het pretpakket.
Naast de originele taal, Frans, werden de albums vertaald in vele andere talen en dialecten waaronder Nederlands, Fries, Limburgs, Twents, Esperanto en het Latijn. Vanaf 2002 verschijnen de Nederlandse albums in een nieuwe vertaling, waarin een aantal eerder onvertaalde Franse namen alsnog een Nederlandstalige versie kregen.
De strips werden uitgebracht in meer dan 70 landen (waaronder Frankrijk, Nederland, China, Groenland, India, Rusland en Vietnam).
Na het overlijden van Goscinny in 1977 ging Uderzo alleen door met het uitbrengen van nieuwe verhalen. Uit respect wordt de naam van Goscinny nog steeds op de albums vermeld. Het laatste album waar Goscinny nog aan meewerkte, 'Asterix en de Belgen', verscheen in 1979, twee jaar na Goscinny's dood.
Begin 2009 gaven Albert Uderzo en Anne, de dochter van in 1977 overleden Goscinny, te kennen dat zij de groep Hachette Livre de toestemming gaven om de strip ook na Uderzo's dood voort te zetten. De uitgeversgroep verwierf eind 2008, 60 % van de aandelen van Albert-René.
Personages
Voor een overzicht van alle personages, zie Lijst van personages in de verhalen van Asterix.
Belangrijkste personages
- Asterix: de hoofdfiguur, klein maar slim. De naam van Asterix komt van het teken *, de asterisk.
- Obelix: dit is de menhirhouwer uit het dorp, hij is Asterix' beste vriend. Als kind viel hij per ongeluk in een ketel met toverdrank waardoor hij erg sterk is geworden. Om eventuele bijwerkingen te vermijden, verbiedt Panoramix hem meestal toverdrank te drinken, iets wat Obelix niet begrijpt. Obelix heeft een goede eetlust en is verzot op everzwijnen. De naam Obelix komt van het Franse woord Obèle; het kruisvormige leesteken †. Ze heten dus eigenlijk ster en kruis. Obelix verwijst tevens naar obelisk. Een bekende uitspraak van Obelix is: Rare jongens, die... (Ils sont fous, ces...) waarna een nationaliteit volgt (deze uitspraak is zo bekend dat hij in het woordenboek van Van Dale staat).
- Idéfix: het hondje van Obelix (van het Franse idée fixe). Nadat de hoofdrolspelers tijdens de Ronde van Gallia een worst hadden gekocht, liep het hondje tot het einde van het verhaal achter hen aan. In het volgende verhaal gaat hij mee naar Egypte en speelt hij een belangrijke rol. Idéfix is altijd zeer verdrietig wanneer er een boom ontworteld wordt. In het Engels heet dit hondje Dogmatix.
- Panoramix: de druïde, van belang omdat hij de enige is die de toverdrank kan brouwen. Daarnaast kent hij veel andere recepten. Hij is eigenlijk de verstandigste in het dorp en de enige die nimmer meedoet aan scheld- en vechtpartijen. Saai is hij echter niet - hij kan best lachen om een goede grap. En hij heeft er geen bezwaar tegen dat de dorpsgenoten de Romeinen afranselen.
- Heroïx: de hoofdman van het dorp. In het Frans en in de oorspronkelijke Nederlandse vertalingen heet hij Abraracourcix. Dit is een woordspeling: à bras raccourcis betekent letterlijk met verkorte armen maar figuurlijk altijd klaar om erop te slaan. Hoewel Heroïx meestal de beslissingen neemt, wordt Panoramix gezien als de wijze man van het dorp.
- Kakofonix: de bard van het dorp, wiens gezang echter door de rest van de dorpelingen niet gewaardeerd wordt. Zelf denkt hij echter dat hij prachtig zingt. In het Frans en in de oorspronkelijke Nederlandse vertalingen heet hij Assurancetourix: een woordspeling met Assurance tous risques, allriskverzekering.
- Julius Caesar: de Romeinse dictator die het niet kan verkroppen dat hij niet heel Gallië kan veroveren. In verscheidene delen heeft hij een relatie met Cleopatra. Vaak is hij de vijand van de Galliërs, maar hij kan ook sportief zijn. Hij is de enige Romein wiens naam niet op -us eindigt (afgezien van Cato de oudere, die door een advocaat geciteerd wordt).
Andere personages
- Kostunrix: de visboer van het dorp. In het Frans heet hij Ordralfabétix (alfabetische volgorde). Er is in Nederland eens een parodie uitgegeven waarin hij Vistix heet. Zijn vissen zijn (vanaf De Ziener) altijd bedorven, en deze zijn dan ook altijd weer dé aanleiding om een dorpsruzie te laten uitbarsten. Zelf is hij rond en dik, hij heeft een vrouw (Forentientje: in de Franse edities Ielosubmarine naar het nummer Yellow Submarine van de Beatles) en een zoontje.
- Hoefnix: hij is de smid. In het Frans heet hij Cétautomatix: en in oudere Nederlandse versies van het eerste deel komt hij onder deze naam even voor. Hij is het die vooral de ruzies uitlokt met Kostunrix, door opmerkingen over de vis te maken. Het is zijn taak Assurancetourix van het zingen af te houden, meestal door hem een subtiele dreun te geven met zijn smidshamer. Vaak wordt Assurancetourix dan tot zijn middel in de grond geslagen.
- Nestorix: hij is de oudste en waarschijnlijk ook de hitsigste van het dorp. In het Frans heet hij Agécanonix. Hij heeft nog in het beleg van Alésia gevochten. Hij is getrouwd met een jonge bloedmooie vrouw (die minstens 4 koppen groter is dan hijzelf) en die hem zwaar onder de pantoffel heeft, zodat hij thuis meestal aan de afwas zit. Hij loopt met een kruk maar hij kan ook rennen als een kievit. Daarnaast heeft hij altijd een uitgesproken mening. Hij kan het niet verkroppen dat mensen hem te oud vinden voor dingen. In verschillende delen gedraagt hij zich als een jongen van 17. Als de inwoners van het dorpje het alweer niet eens kunnen worden over een beslissing, vragen ze aan Nestorix om te beslissen.
- Bellefleur: zij is de vrouw van Heroïx. In het Frans heet ze Bonemine: een verbastering van 'bonne mine', er goed uitziend. Ze is altijd bezig met het huishouden, en zo niet dan is ze aan het roddelen met de andere vrouwen uit het dorp. Altijd als het misloopt zit ze te klagen dat ze liever in Lutetia (Parijs) zou wonen, net als haar broer. Ze klaagt ook vaak over haar man, dat hij een voorbeeld moet nemen aan haar broer. Die is tenminste geslaagd in het leven. Ze noemt Heroïx 'm'n zwijntje'.
- De Piraten: een groep zeerovers die Asterix en Obelix steevast tegenkomen als ze een zeereis maken. Ze zijn een parodie op de strip Roodbaard. Bestaande uit: Roodbaard (de kapitein), Triplix (hulpje), Erix (zoon van Roodbaard), Baba (voormalig slaaf die nu het kraaiennest bemant en die de R niet kan uitspreken) en nog een heel ander stel bijfiguren. In de oorspronkelijke Franse strips zijn ze naamloos. Een ontmoeting met Galliërs heeft meestal tot gevolg dat het piratenschip ten onder gaat. Uitzonderingen: In 'De koperen ketel' komen de piraten ongeschonden (en zelfs rijker) uit de strijd. In 'De odyssee van Asterix' blijft het schip van de piraten ongeschonden, zij het dat ze daarvoor tot tweemaal toe de volledige lading van Epidemaïs, de Fenicische koopman, moeten opkopen voor een totaalbedrag van 6000 sestertiën. Tijdens 'De grote oversteek' en 'Asterix in Hispania' moeten de piraten hun proviand afstaan, maar mogen ze hun schip houden. De reis van Nicae naar Massilia (per roeiboot) in 'De ronde van Gallië' is de enige zeereis waarin de piraten niet ter sprake komen.
- Walhalla (betekenis: hemel), zij is de mooiste vrouw uit de strip. In het Frans heet ze Falbala. Ze komt van oorsprong uit het dorp en is later in Condatum gaan studeren. Obelix - en later ook Asterix - heeft een oogje op haar, hoewel ze tijdens een verhaal trouwt met Tragicomix. Met hem woont ze in Condatum. Obelix heeft het daar nogal moeilijk mee. Zodra hij Walhalla tegenkomt is hij van slag.
- Tragicomix: de minnaar van Walhalla. Een lange, knappe man, die ook sterk en slim is. In Asterix in het eerste legioen werd hij gedwongen naar Afrika te gaan om daar als soldaat voor Caesar te vechten. Daar wordt hij bevrijd door Asterix en Obelix.
- Cleopatra: heerseres van Egypte. Zij wordt in Asterix en Cleopatra de vrouw van Julius Caesar. Ze woont in opvolgende albums samen met Caesar in Rome, en later in Alexandrië. Ze komt enkele keren in de strips voor, en krijgt samen met Caesar een zoon. Van die zoon (in De zoon van Asterix) wordt gezegd dat hij later als Ptolemaeus over Egypte zal regeren. Historisch gezien klopt dit beeld maar ten dele. Hoewel Cleopatra gedurende de winter van 48-47 v.Chr. de minnares van Julius Caesar was, is er van een huwelijk nooit sprake geweest. Verder heerste de zoon van Julius Caesar en Cleopatra weliswaar enige tijd als Ptolemaeus XV Caesarion over Egypte als mederegent naast en beoogd opvolger van zijn moeder, maar in Rome is zijn heerschappij nooit serieus genomen en na de dood van Cleopatra werd Caesarion geëxecuteerd.
- Pompeius komt enkele keren voor in de strip als de gezworen vijand van Caesar die het hem zo moeilijk mogelijk wil maken (zie: Asterix en Latraviata).
Kenmerken
Het succes van de verhalen is terug te voeren op een aantal zaken: de hilarische gevechten met de Romeinen; terugkerende elementen (running gags) zoals de piraten; anachronismen waarbij hedendaagse personen en situaties in de Oudheid worden geplaatst, dubbele bodems, knipoogjes naar de Romeinse en Gallische cultuur en geschiedenis, grappen rond Europese stereotypen en de vele woordspelingen. In de originele Franstalige versie zijn veel grappen erg op de francofone cultuur gericht en daardoor soms moeilijk vertaalbaar. Hetzelfde geldt voor bepaalde woordspelingen.
Er zijn wel enkele historische onjuistheden terug te vinden in de strips, zoals de kleding van de soldaten die niet overeenstemt met de tijd waarin Caesar leefde, maar met de keizertijd (Caesar was geen keizer). Ook is de volgorde van gebeurtenissen in diverse albums historisch onjuist: De gehele serie wordt geacht plaats te vinden na de nederlaag van Vercingetorix in Alesia (52 v.Chr.). Diverse gebeurtenissen waarin de hoofdpersonen een belangrijke rol spelen, zoals de opstand van de Belgae en de invasie van Britannia hebben echter in werkelijkheid plaatsgevonden vóór de nederlaag van Vercingetorix. Een ander punt is het Colosseum, dat in de strip Asterix als gladiator reeds te zien is, maar in werkelijkheid meer dan een eeuw na de gebeurtenissen uit de stripreeks werd gebouwd.
Maar de strip is in de eerste plaats humoristisch bedoeld en niet als een realistische historische weergave van de periode
